Een wazige roes, de tijd lijkt stil te staan. Ik zie hoe mijn brede lach weerspiegelt in het glas zoete, witte wijn in mijn hand. Rustig muziekje op de achtergrond, gezellige drukte op het plein en wonderbaarlijke vriendschap vertaald in een ontzettend fijn gesprek op deze loungebanken onder een bloedsinaasappelkleurige warmtelamp. Wat een fijne avond.
Maar dan de kater de volgende ochtend. Nee, niet van te veel alcohol. Zoveel drink ik zelden. Met mijn duim schuif ik over het scherm van mijn telefoon, snel scroll ik tussen alle mooie vastgelegde herinnering. Foto’s van de mooiste avonden, nachten, dagen, momenten van mijn leven. Van al die lieve, leuke, gezellige mensen om me heen. Maar geen een foto van gisteravond. Kater.
Ik vergeet memorabele foto’s te maken van memorabele momenten. Bij thuiskomst denk ik: nee, hè. Altijd vergeet ik foto’s te maken. Te druk met andere dingen. Te veel bezig met oprechte aandacht en interesse, fijne gesprekken en een paar wijntjes. Ja, een behoorlijke dosis spijt vreet zich regelmatig bij mij naar binnen.
Totdat de herinneringen zich in mijn hoofd begraven, terwijl de alcohol mijn bloedbaan langzaam verlaat. Want juist die herinnering maakt zo’n avond memorabel. Hoe fotogeniek, of juist niet, zo’n moment ook is, het laat zich niet vastleggen. Die momenten vol leven en beweging, vol liefde en aandacht, vol prachtige gezelligheid, willen niet vastgelegd worden op een foto. Die branden zich rechtstreeks vast op je netvlies. Om nooit meer te vergeten.